Nu 2023 op z’n einde loopt, is het even tijd voor een reflectie. Ik hoor vaak, amai, t’is terug voorbij gevlogen. Maar voor mij voelde het vooral als, het is terug voorbij bevroren.
Toen in mei mijn hart letterlijk stopte met slaan ben ik me meer beginnen verdiepen in het zenuwstelsel. Hoe reageert ons lichaam op trauma’s en gevaar, maar misschien nog veel
belangrijker, wat is voor ons een trauma en gevaar? Dat mijn kankerbehandeling toxisch was voor m’n lichaam, ook al was het nodig, staat als een paal boven water. Dat dit m’n zenuwstelsel heeft aangetast ook. Maar dat ons lichaam nog grotere dreiging kan ervaren, leerde ik gaandeweg.
We denken soms dat we al enorm geëvolueerd zijn, maar het merendeel van ons DNA is nog dat van de oermens (met de emotionele reacties van een kleuter- maar daar kom ik later op terug) en zelfs veel verder terug. Vanaf dat we geboren worden, leren we voelen-reageren-handelen om te overleven. Veel van die mechanismen worden in onze cellen overgedragen van generatie naar generatie, waardoor de basis van ons zenuwstelsel gelinkt kan worden aan het reptielenbrein. We zien een bedreiging en we bevriezen. Als een bevroren stokstaartje bleven reptielen vroeger staan, in de hoop niet meer interessant te zijn voor de prooi waar ze oog in oog mee stonden. Dat werkte een tijdje, tot de roofdieren zich verder ontwikkelden en begonnen door te hebben dat de reptiel er dan misschien wel uitzag als een dood object, maar nog altijd een lekker hapje was. Gelukkig kunnen we evolueren en ontwikkelde ons zenuwstelsel het vecht-vlucht mechanisme. Afhankelijk van de grootte van de dreiging (lees: mammoet), konden we nu kiezen. Gaan we vechten? Vluchten? Of als we echt niet anders kunnen, blijven staan en bevriezen?
Dat werkte een tijdje, maar het bleek dat niets van bovenstaande ons echt veilig deed voelen. Er was altijd dreiging, we konden niet altijd weglopen van de problemen, en we konden ook niet altijd in ons eentje bevroren blijven staan. Het is een misvatting dat ‘het leven voor de rappen is’, ik walg ook van die uitspraak. Survival of the fittest betekent niet dat enkel de ‘fysiek sterken’ overblijven. Onze maatschappij zou nog zieker zijn dan ze nu al is. We stammen af van de Homo Sapiens en deze blijkt niet toevallig NIET de sterkste te zijn. Dat was de Homo Universalis. Die laatste koos vaak voor vechten, de vuurlinie in. Echter, alleen. Zij waren niet in staat om verbinding aan te gaan. Emoties te lezen. Connectie te leggen. Dat maakte hen net zwakker. Ze verloren vaak het gevecht, en als ze toch nadien nog wonden konden likken, moesten ze dit opnieuw alleen doen.
De Homo Sapiens was dan wel fysiek zwakker, maar emotioneel zoveel intelligenter en echter. Ze waren in staat harmonie en verbinding te creëren met andere wezens. Zo ontstond een derde optie om ons veilig te voelen. Om te overleven. Deze van een samenleving waar we elkaar niet langer hoeven op te eten, aan te vallen of voor standbeeld te spelen. Survival of the fittest betekent dus vooral: the one who fits in. Wie kan zich op een gezonde manier het beste aanpassen aan de steeds veranderende omstandigheden?
De dag van vandaag leven we niet langer in een wereld waar bizons, dinosaurussen en andere aap-mensen ons aanvallen. Of toch minder frequent dan zoveel jaren terug. Maar toch voelen we ons continu bedreigd, aangevallen en onveilig. Ons zenuwstelsel is continu op zoek naar sporen van dreiging, een van de belangrijkste taken ook. Alleen kunnen we échte dreiging niet meer onderscheiden van de dreiging die onze persoonlijkheid (ego) heeft ontwikkeld door de jaren heen en hetgeen via ons DNA is doorgegeven. Als volwassenen zijn we niet meer die kindjes die heel veel zien, maar nog lang niet alles begrijpen. Kindjes die echt afhankelijk zijn van de volwassenen om te overleven in een wereld die dagelijks verandert. Patronen worden ontwikkeld en triggers zetten die patronen in gang. Alles om gezien en graag gezien te worden. Of het op z’n minst zo te voelen.
In deze drukke wereld, leven we vaak op automatische piloot, waarbij we van de ene dreiging in de andere gaan. We moeten presteren op het werk en privé. We moeten constant bereikbaar zijn. Er is keuze en verleiding in overvloed en we weten vaak niet wat we willen. We willen ons veilig voelen en verbinding aangaan, maar door in patronen en triggers te leven, kunnen we geen échte verbinding aangaan, want we hebben het niet eens met onszelf. Een vicieuze cirkel waarin we ons constant onveilig voelen. Het dominante instinct van ons ego is om ook dan te vechten of te vluchten. Ruzies, discussies, verslavingen, liegen, bedriegen, verraden. Extern gaan zoeken, wat we intern in onszelf negeren. En dan gaan we als een kleuter in de volwassen wereld in het rond slaan. Schade aanrichten. Bij anderen, en vooral bij onszelf. We doen het allemaal, elk op een andere manier. De ene met veel meer schade dan de ander. Maar we gaan allemaal door het proces om los te komen van dit mechanisme. En dit kunnen we bijna allemaal. Met veel zelfreflectie. En de nodige glimmers. De prikkels die ons hart een sprongetje doen maken diep vanbinnen in ons zijn. Ze bestaan zeker!
Echter, soms kunnen we zo vechten en vluchten, en blijft de dreiging zo groot, waardoor we in shut-down gaan. Bevroren. Overleven. Niet meer mogelijk te bewegen. Letterlijk en figuurlijk. En dat is exact wat er bij mij ook is gebeurd. In 2011 kreeg ik m’n chronische leukemie, gevolgd door jarenlange toxische behandeling en dreiging. Instinctief ging ik vechten en vluchten. Een aaneenschakeling van onveilig voelen en zijn op vlak van gezondheid, privé-leven en professioneel, maakte dat mechanisme alleen maar steker. Tot de grootste dreiging voor mij in 2021 me volledig brak. De maanden en zelfs jaren daarop geraakte ik meer en meer bevroren, tot uiteindelijk in de kern van m’n zijn. M’n hart en ziel. Onze grootste dreiging komt helaas in de huidige maatschappij niet meer van rondvliegende en briesende dinosaurussen, maar van de mensen zelf. Wanneer het geloof in het goede van de wereld en het goede in de mens volledig onder je wordt weggeslagen, dan voel je je nergens meer veilig. Dan heeft het geen zin om te vechten en te vluchten. Naar waar zou je gaan, eens je doorhebt dat de grootste dreiging zo vaak onzichtbaar is? En met wie zoek je verbinding en harmonie, als je op dat vlak net gebroken bent? Dus bevries je. Beetje per beetje een graad koeler.
Mei was een grote wake-up call, een proces dat nog steeds gaande is. Ben ik sterk genoeg om terug te bewegen? Kan ik het terug warmer krijgen? Wie is blijven hangen in het Homo Universalis mechanisme met het gedrag van een hysterische kleuter en wie doet moeite om de gevorderde versie van een Homo Sapiens te zijn? Wie camoufleert zich en wie is echt? Wie en wat bezorgt je triggers en waar kan je beetje per beetje glimmers ontdekken, om toch wat te kunnen ontdooien? Om m’n hart terug wat minder lang te laten pauzeren. Letterlijk. Maar ook figuurlijk.
Er zal altijd dreiging zijn. Het zal altijd een worstelen zijn met ons ego om niet te vechten of te vluchten. Maar er is een reden waarom we hier ook verder uit geëvolueerd zijn. Een reden dat we die evolutie nodig hebben om onszelf en de maatschappij niet teniet te doen.
De kans is zeer klein dat ik het allemaal kan resetten, maar tegelijk is het leven een aaneenschakeling van onverwachte en onverklaarbare gebeurtenissen. Slechte, maar ook goede. We kunnen allemaal een beetje meer Homo Sapiens zijn. Echte verbinding aangaan, niet doen alsof. In eerste instantie met onszelf, want zolang we die connectie niet gelegd hebben, is de band met iemand anders nooit veilig. We kunnen ook allemaal glimmers zien, zijn, maken, geven en ontvangen!
Voor 2024 wens ik jullie zoveel mooie glimmers, en dat we allen de Homo Sapiens in onszelf mogen voeden!
Liefs,
Lindsey
Kommentare