top of page
  • Foto van schrijverLindsey De Grande

Mei 2013: MEN KAN TEGEN DE GOLVEN OPBOTSEN, OF ZICH ER IN DE TOEKOMST DOOR LATEN DRAGEN


Hallo iedereen

Ondertussen zijn we weer een maandje verder. Een maand waarin ik m’n verjaardag heb gevierd. Al is vieren een groot woord, want om 7u ‘s morgens was ik al op weg met mama naar Leuven om een groepswerk te presenteren en te verdedigen. Tegen 2u was ik uitgeblust thuis en ben ik voor een paar uur m’n bed ingekropen. Op dat moment begon ik te denken, toen ik 22 was, wat dacht ik toen dat ik op m’n 24 ste zou doen? Het contrast is schrijnend. Ik zou verwachten dat ik ‘s morgens om 6u uit m’n bed gebeld word, om dopingcontrole te doen. Niet dat ik, zoals nu, als een levende wekker zou rondlopen, telkens opschrikkend als iemand hetzelfde alarmdeuntje heeft als mij en ik denk dat ik m’n nuchtere uren of medicatie gemist heb. Elke dag 5 wekkers zetten om toch zeker te zijn dat ik geen fouten maak in m’n medicatie schema en ipv sporadisch eens om 6u wakker gebeld te worden voor een dopingcontrole, elke nacht om 3.30 uur wakker moeten worden. Ik had verwacht dat ik al een Olympische Spelen achter de rug zou hebben, niet dat ik buiten adem van de medicatie, met een brok in de keel, vanop een (weliswaar prachtige) berg de eerste beelden van atletiek op de Spelen zou zien. Mijn bloed zou ik enkel afgeven voor bloedcontroles op ijzer en vitaminen te controleren, en waarschijnlijk ook regelmatig voor het bloedpaspoort in het dopingbeleid. Mijn 10 tubes maandelijks nu, zijn een gans ander verhaal en al zeker met een gans ander doel. Wanneer ijzertekort voor vele atleten een wereldramp is, kan ik nu alleen maar vurig hopen dat er ooit een tijd komt dat dit m’n enige zorg bij een bloedcontrole zou zijn. Al vrees ik dat die tijd niet komt, zelf niet mocht ik in remissie komen, althans niet in dit leven. Mijn toekomstige 24 jarige ik, zou tonnen energie hebben, om leuke dingen te doen, goed te sporten en telkens beter, haar diploma behalen en de wereld voor zich hebben. Niet elke dag moeten denken ok, wat zal ik met m’n beperkte energie toch proberen te doen. En vaak het gevoel hebben dat je heel wat in de steek moet laten of achterwege moet laten, of minder goed kan doen. Alles kost meer inspanning, met vaak veel minder resultaat. De ‘realiteit’ 24-jarige ik, voelt zich vaker een hoopje ellende dan haar lief is, en blijft pogingen doen om niet toe te geven aan het gevoel verpletterd te worden door de wereld. Ze voelt zich soms gevangen in haar lichaam, waarin de ambitieuze, soms wel iets te perfectionistische, maar altijd bezige bij, naar buiten wilt, maar zich verstikt voelt en gevangen is in rook, niet weten waar naartoe te vliegen. Ik probeer veel te relativeren, me op te trekken aan de goede dingen! Maar sommige dagen is de frustratie van wat ik rondom me zie, hoor,… en hoe ik me voel te groot en lukt dit niet. Dan weet ik wel dat er nog veel ergere dingen zijn, maar sta ik stil bij het mijne, wat ook erg is. Ik weiger er verbitterd om te worden, er zijn zuurpruimen genoeg in de wereld met altijd excuses en negativisme. Daar wil ik niet bij horen, ook al heb ik dan misschien meer reden dan sommigen van hen. Al zouden ze dat nooit toegeven, want ik zie er toch goed uit en loop nog. Nee, in dit geval is te lang stilstaan niet altijd goed. Laat ons maar vooruit gaan en me optrekken aan de lichtpuntjes! Gelukkig werd ik uit m’n gepieker gesleurd door m’n fantastische ouders, zus en vriend, en een lekkere taart! Ik ben hen zo dankbaar, ze zijn mijn rots in de branding! Zonder hen, was ik al verpletterd. Maar goed, terug een vak achter de rug aan de unief die dag, en ook dankbaar dat ik toch mijn verjaardag mag vieren! Dankbaar dat ik ouder mag worden, en elke dag opnieuw kansen krijg om mooie dingen te ontdekken, leuke dingen te doen, gelukkig te zijn. Alleen is het soms zo verdomd moeilijk met hoe ik me voel om de moed te vinden dit vol te houden, al is het maar proberen. Ik ben dankbaar dat die medicatie er is, zonder zat ik halfweg mijn maximum verwachtte levenstermijn (5jaar), met die diagnose. En toch vervloek ik ze. Ik voel wat het met m’n lichaam doet, en hoe het ook mentaal doorweegt na 21 maanden. Het is soms uitzichtloos en dat is gewoon dik dik dik klote. Een dag later was ik als meter aanwezig op het benefiet ontbijt van Filip Decru die zondag 12 mei vertrekt met de fiets naar de Noordkaap en terug. Hij zal er 80 dagen over doen en zamelt hierbij heel wat geld in voor Koester, UZ kinderkankerfonds Gent. Wie wil kan hem nog altijd steunen en een bijdrage geven. Neem gerust een kijkje op www.80dagenvoorkoester.be. Ondertussen ben ik beginnen leren want 24 mei een examen. Juridische aspecten en beroepsorganisatie. Een ganse mond vol en vooral een dikke map leerstof! Het is terug stampen of verzuipen en voorlopig voelt het nog als verzuipen! Toch begint er stilaan iets van structuur naar boven te komen en ik hoop dat dit de komende 2 weken nog duidelijker wordt! Ik heb ook mijn eerste outdoor wedstrijd gedaan sinds 2 jaar. Eigenlijk wilden we wachten op goeie omstandigheden, maar in België kan je dan soms wel een tijdje wachten. We hadden dan besloten dat we toch ergens moesten beginnen en het was Namen geworden 800m. Op basis van trainingen had ik een tijd in gedachten, die m’n trainer ook voorspelde onafhankelijk van mij. Helaas was bijna alles wat kon tegenzitten van de partij, ik probeerde me wel rustig te houden maar als je 4u op voorhand vertrekt en zeker 1u speling hebt om dan nog 1u te hebben voor je opwarming, maar op 30min voor je wedstrijd zit je nog in de file, dan schiet er van rustig zijn weinig over! Uiteindelijk ben ik op 2km van de piste uit de auto gesprongen en beginnen loslopen om 20min voor m’n wedstrijd de piste te zien. M’n spikes zaten echt gespannen en na ze 3 keer opnieuw uit en aan te doen, liet ik het maar voor wat het was. Pas achteraf stond ik er bij stil dat heel wat vloeistof naar het onderste deel van m’n lichaam was gezakt tijdens de lange autorit, samen met de vochtophoping die ik al vaak heb. M’n voeten en kuiten hadden dus meer weg van olifantenpoten dan iets anders. De wedstrijd was op schema zeiden ze, dus de opwarming werd snel afgehaspeld, maar uiteindelijk was er toch 30min vertraging en zaten we daar. We is een groot woord want er stonden maar 2 atleten en een haas aan de start. Die andere atlete bekeek me dan nog eens alsof ze me ging opeten, terwijl ik net een brok in de keel had gekregen toen ik nog eens m’n nummer checkte en het oranje lintje, awareness van leukemie, zag hangen. Damn damn. In die rivaliteit heb ik geen zin meer en ik heb er al zeker geen energie voor. Ik voelde meteen dat training, waar ik zelf tempo bepaal en ook op het beste moment van de dag m’n inspanning doe, iets gans anders is nog dan wedstrijd waar het tempo opgelegd wordt. We liepen tamelijk in jojo (ik moet het nu zeker meer hebben van een gelijkmatig tempo), eerst te snel, dan te traag en de enige andere atlete in koers liet me niet voorgaan. Kwam ik naast haar lopen, versnelde ze, vertraagde ik om achter haar te lopen, vertraagde ze mee. Uiteindelijk had ik er na 450m genoeg van (toen de haas uitstapte) en heb ik zelf de kop genomen. De laatste 100m beukte ik tegen een muur van wind en toen ik de tijd zag wilde ik het liefst van al rechtsomkeer maken. 2.11.63 was totaal niet de vooropgestelde tijd. Een tijd die ik al vanaf cadet in m’n eentje kan lopen. Ik denk zelf dat had ik gans in m’n eentje gelopen er beter in zat. Zo zie je nog meer eens dat je het vaak niet hebt zoals verwacht. Eerst was ik heel pissig, maar tegelijk had ik teveel zenuwpijn in m’n armen om het goed te laten doordringen. Je hersenen kunnen niet alle signalen even hard doorlaten en (helaas) was de zenuwpijn allesoverheersend. Maar toen we in de auto zaten naar huis ( we zijn alles samen toch wel zo’n klein uurtje op de piste geweest om 7u onderweg te zijn) kon ik het al beter relativeren. Er zijn veel veel ergere dingen, maar als topsporter wil je gewoon altijd er uit halen wat er in zit. Er zaten heel wat omstandigheden tegen, die bij mij dan ook nog vaak feller doorwegen doordat m’n lichaam al continu aan het vechten is tegen de ziekte en de medicatie probeert te verteren, maar dat is wat het is. Valt niets aan te veranderen, nogmaals, helaas. Wat was er dan positief aan en waaraan trek ik me dan op. Ik heb sinds 2 jaar terug een wedstrijd buiten gedaan. Ik heb ritme op gedaan, heb proberen tempo wisselingen op te vangen, heb geknokt en de wedstrijd gewonnen. De eerste stappen zijn terug gezet en er zullen nog wat wedstrijden nodig zijn om toch terug iets meer ritme in de benen te hebben. Niet als aan de grond genageld te staan bij het startschot, maar als een speer weg te vliegen. De tijden komen wel weer. We mogen geen stappen overslaan. Nu staat de interclub nog op het programma… ik zal er proberen om met een minimumaan energie (ze geven weer slechte weersomstandigheden) een zo groot mogelijk aantal punten voor mijn club te verzamelen. Ik ben dankbaar dat ze me blijven steunen en in me geloven en hoop zo iets terug te kunnen doen voor hen. Nu is het dus verder trainen en studeren en we zien wel wanneer de volgende wedstrijd komt. De piek qua wedstrijden is sowieso bedoeld voor juli en augustus, wanneer het (buiten m’n thesis) iets rustiger is op studie vlak, en ik m’n energie in minder delen moet splitsen! Volgende week ook terug controle in Leuven, fingers crossed dat er toch iets uit de bus komt waar ik me kan aan optrekken en me een ganse lichtfakkel oplevert! Groetjes! Lindsey

1 weergave0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page